Spreekwoorden zoeken
uitgelicht
Bestel nu de Formule 1 Encyclopedie!
Spreekwoorden 'boter'
Vuile boter, vuile vis
Met slecht gereedschap kan men geen goed werk leverenMet ondeugdelijke middelen kan men geen goede uitslag bereiken
Met ondeugdelijke middelen kan men geen goed resultaat bereiken
boter bij de vis
in die winkel is het boter bij de vis: je moet direct betalen, je kunt er niets laten opschrijven.Er de boter uitbraden
Het er eens goed van nemen. Oorspronkelijk: de boter braden (in de bedoeling van: in de boter braden) waardoor de zegswijze duidelijker wordtEen boterbriefje krijgen
Oorspronkelijk was de naam ‘boterbrief een schertsende benaming voor zekere aflaatbrieven, die het gebruik van zuivel op de vastendagen toestonden (Lat.: literae butyricae; Du.: Butterbrief). Later was het een schriftelijke ontevredenheidsbetuiging van de autoriteiten, waarbij iemand aangezegd werd, zijn ontslag te nemen, daar hij het anders krijgen zou. De naam kwam van de gele dienstenveloppe, waarin de brief gestoken was, aanzeggend dat ‘men hem kon smeren’. Nog later werd het woord meer algemeen gebruikt voor een officiële mededeling waarvoor men geen respect had, en tegenwoordig wordt het woord ‘boterbriefje’ uitsluitend gebruikt om de trouwakte te kleineren. Het verband ligt hier in de omstandigheid, dat men vergunning moet hebben te kunnen huwen. Zie voor het gebruik van het woord in deze zin Speenhoff, III, 9Iemand stokvis zonder boter geven
Iemand een pak slaag gevenIemand stokslagen geven, hem afranselen
Iemand afranselen, hem stokslagen geven
Zij heeft de boter groot
Zij staat op het punt om te bevallenDuurte in zijn boter maken
Zijn waar op prijs houden; ook: zijn gunst of genegenheid onthoudenMinnebrieven zijn met boter verzegeld
Al getuigen brieven nog zo van liefde, het is nooit zeker hoe lang de liefde blijftMooie woorden en beloften in minnebrieven uitgesproken, worden vaak spoedig vergeten
Boter aan iets gelikt hebben
Er slecht van zijn afgekomenZijn achterste met boter smeren
Veelal met de toevoeging: en droog brood eten. Wordt gezegd van iemand, die veel geld aan kleding, doch weinig aan voeding besteedt. Iemand die alles aan zijn lijf hangtHet is zo mals als boter
Bijzonder malsGeld (of: boter) bij de vis
Contante betalingBoter bij de vis
Contant betalenContant geld bij de waar
Contant betalen, contant geld bij de waar
Contante betaling, gereed geld bij de koopwaar. Soms ook: geld bij de vis, hetgeen dan hetzelfde betekent. De eigenlijke betekenis zal wel geweest zijn zoals Tuinman vermoedt: dat vis en boter bij elkaar behoren, omdat zonder boter de vis niet smaakt. De volgende regels uit Pluck-vogel (pag. 213) duiden hier nog op
Vuile boter, vuile haring
Met ondeugdelijke middelen, kan men geen goede resultaten bereikenStokvis zonder boter knauwen
Stokslagen krijgenZo zacht als boter
Bijzonder zachtEen gemeubileerde boterham
Een boterham met vlees, worst, ham of iets dergelijksEen aangeklede boterham
Een boterham met boter en belegEen avondbezoek, waarbij men genodigd wordt om een broodje te gebruiken met andere kleine versnaperingen
Een gemeubileerde boterham
Een boterham, belegd met kaas, vlees e.d. Bij uitbreiding: een avondpartijtje
Een afgelikte boterham
Een meisje dat reeds met veel jongens verkering heeft gehadDe ‘boterham’, een voornaam deel van ons voedsel, wordt spreekwoordelijk nogal eens in het leven toegepast (vgl. bijv.: ergens zijn boterham, d.i.: zijn complete levensonderhoud, hebben of verdienen). De ‘afgelikte boterham’, dus die boterham waar een ander reeds het smakelijkste van heeft genoten, wordt hier figuurlijk gebruikt voor vrouwen en meisjes, die zich niet eerbaar hebben gedragen of, in het algemeen, veel ‘vrijers’ hebben gehad
Een glazen boterham
Een glas jeneverSpreekwoorden
Een spreekwoord is een korte, krachtige uitspraak die een wijsheid, een collectieve ervaring of morele opvatting weergeeft.
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren
Een spreekwoord is onveranderlijk. Voor spreekwoorden worden dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde gebruikt. Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de tegenwoordige tijd (als er een persoonsvorm aanwezig is).
Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid: zo gaat het nu eenmaal in de wereld. Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’ bron: Onze taal
Top spreekwoorden:
1 been
2 water
3 hart
4 neus
5 geld
6 kat
7 wind
8 tijd
9 oog
10 liefde
11 eten
12 liegen
13 lopen
14 zee
15 leren