slecht iemand (doorgaans een vrouw: helleveeg, feeks). Vermeld door o.a.
De Clerck. Driftig wendde hij zich om, en stak de gebalde vuisten recht voor zich uit.
De wijven zijn geslepen: ze liegen en bedriegen! "t Zijn rossen!’ (Reimond Stijns, Hard labeur, 1904)