Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Miesmuil, miesponum

betekenis & definitie

(Bargoens) kwalijk persoon. Eigenlijk: iemand met een lelijk gezicht.

Van het Jiddische mies (lelijk, ongunstig) dat is terug te voeren tot het Hebreeuwse mioes (minderwaardigheid). Zie ook miesgasser. ... hij liet zich niet zo gauw in met bietsers en miesponums. (H. van Aalst, Onder martieners en bietsers, 1946)Gisteren had zij in een taxi gezeten en de taxichauffeur had gevraagd of zij die ‘miesmuil’ van een Paul de Leeuw met een invalide op tv had gezien. (Elsevier, 08/08/1998)