Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Jan Patat

betekenis & definitie

de man in de straat; de gewone burger.

Die vent uit Maarssen was een Jan Patat die veel te spraakzaam was over dergelijke grote zaken. (Nieuwe Revu, 27/06/1991)

Verhalen over gewone Friezen, zo universeel dat iedere dorpeling ze zal herkennen. Elk klein dorp heeft zijn Ome Hajo, zijn Jan Patat en zijn Kromme Ties. (de Volkskrant, 06/01/2000)