(in joodse kringen) naar, vervelend persoon. Het Jiddische woord ibbel (van Hoogduits übel) betekent ‘misselijk, naar’.
Het ibbelt me betekent ‘het maakt me misselijk’. Ibbelkat, naar, vervelend mens; met zelfstandige betekenisontwikkeling van nhd. Übelkeit, onpasselijkheid. (H.
Beem, Sje-eriet. Resten van een taal.
Woordenboekje van het Nederlandse Jiddisch, 1967)