dom iemand. Meestal m.b.t. een vrouw.
Van het gezegde zo dom als een eend. Zie ook eendenkont.Malle eend! kom je uit de nachtschuit? (Johannes Kneppelhout, Studenten-typen, 1839-1841)
Hoe kwam ik zóó dom hem te weigeren ... wat ’n eend ben ik geweest. (Top Naeff, ’t Veulen, 1903)