Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

duivelsjong

betekenis & definitie

verachtelijk persoon; onmens.

Want als ze alles eerlijk vertelden, zou de polis weten dat de opgepikte ezel van Sjoontji was. Dan was Sjoontji erbij. En dat alleen door zo’n duivelsjong van een Prikkie. (Miep Diekmann, Padu is gek, 1957)

‘Laat je los, duivelsjong?’ gromde Rooie Jaap en gaf met de hak van zijn schoen een stamp op Loetje’s vingers. (Willy van der Heide, Dick Boei en de Bermbandieten, 1968)