Wine Lexicon

Romy Kooij (2015)

Gepubliceerd op 12-02-2015

viognier

betekenis & definitie

Viognier is een wit druivenras dat vooral in de Franse Rhônevallei is aangeplant. De viognier wordt veel gebruikt in de witte wijn van de Côtes du Rhône en is de enige toegestane druif van Condrieu: het wereldberoemde herkomstgebied voor witte wijn in de noordelijke Rhône.

De viognier is relatief lastige druif.
Het ras gedijt het best op een arme, granieten bodem met kalk in een zacht tot warm klimaat. Het juiste oogstmoment is belangrijk; te vroeg resulteert in te neutrale, aromaloze wijn en te laat maakt de wijn juist log en onfris. Het ras heeft de potentie om een (te) hoog alcoholpercentage te ontwikkelen. Viognier heeft bovendien een lage opbrengst, wat hem duur maakt in productie en hogere prijzen tot gevolg heeft.

Nog niet zo lang geleden werd het ras vooral gebruikt om rode wijn uit de noordelijke Rhône zachter en soepeler te maken, maar tegenwoordig wordt de eigenheid en kwaliteit van dit ras breed gewaardeerd.

Goede Viognier is rond, aromatisch, zacht en elegant, met een laag zuurgehalte en veel kracht. De wijn heeft kenmerkende aroma's van zacht geel fruit (abrikoos, peer en perziken), bloemen (viooltjes!), kamperfoelie, nootmuskaat en honing. De wijn is meestal droog, maar boterig en vol, met een geconcentreerde smaak die overeenkomt met de aroma's.
Viognierwijn heeft meestal weinig baat bij houtrijping en wordt bij voorkeur jong gedronken.

De druif wordt ook veel in assemblages (blends) gebruikt in combinatie met andere druivenrassen, zoals roussanne, marsanne en chardonnay.

Vandaag de dag wordt de druif - naast zijn bakermat Condrieu en vooral Château-Grillet - ook veel verbouwd in Zuid-Frankrijk, de Verenigde Staten, Chili en Australië.

Viognier combineert goed met rijkere gerechten. Krab, kreeft, parelhoen, zalm, Camembert en gerechten met volle sauzen en curries passen bijzonder goed.