De pinotagedruif is een typische Zuid-Afrikaanse blauwe druif , die in de jaren 20 van de vorige eeuw in Frankrijk werd gekruist uit pinot noir en cinsault. In Zuid-Afrika werd cinsault ooit ten onrechte hermitage genoemd, vandaar de samengevoegde naam pinotage.
Pinotage verscheen in 1961 voor de eerste keer op een etiket van een fles wijn. Dit was wijn van een pinotagedruif uit 1959.
Pinotage gedijt het best in wijngaarden met een gematigd klimaat, dus bij voorkeur in de buurt van de Atlantische of Indische oceaankust. De druif rijpt er vroeg en makkelijk. De structuur is stevig en vlezig. De wijn van pinotage kan zeer fruitig zijn. Er worden veel verschillende types wijn van geproduceerd: van rosé tot houtgerijpte exemplaren. Tevens wordt de druif vaak in blends (assemblages) gebruikt.
Pinotage is een druif met een eigen persoonlijkheid, dat geldt zeker ook voor de wijn die ervan gemaakt wordt.
Het aroma van pinotage is opvallend en kenmerkend, er zijn vaak amandelen, bessen, frambozen, pruimen,aardbeien, snoep, kersen en viooltjes in te herkennen.
De pinotage geeft in de smaak robuuste en kruidige wijnen, waarin peper, specerijen en rijpe bessen zijn te proeven.
De kleur van pinotagewijnen is meestal intens kersenrood.
Jarenlang werd hij alleen in Zuid-Afrika aangeplant, maar tegenwoordig verschijnt hij ook in Australië en Nieuw-Zeeland.
