Robbert-Jan Willeboordse

Afgestudeerd in de geschiedenis (MA)

Gepubliceerd op 03-02-2016

Financiële revolutie

betekenis & definitie

Engels: Financial revolution. Deze these, bekend geworden door de studies van James D. Tracy, stelt dat vorsten vanaf de vroegmoderne periode zich wendden tot de publieke schuld om hoge lasten van oorlog te kunnen bekostigen. Traditionele inkomsten uit de domeinen waren namelijk ontoereikend.

Tracy concentreert zich in zijn studie op keizer Karel V (1500-58) en richt zich vooral op Holland. Deze vorst heeft namelijk veel oorlogen gevoerd en heeft zodoende veel te kampen gehad van hoge lasten. De vorst trachtte die lasten te compenseren via beleggingen (renten) op lange termijn, zoals lijfrenten, die particulieren konden kopen op de beurs. Tracy meent dat de verschuiving schuld op korte naar lange termijn de meest vernieuwende financiële ontwikkeling was in deze periode.

Deze verschuiving ging verder dan alleen de aard van de beleggingen. De verstrekking van deze schuldbewijzen op lange termijn was namelijk afhankelijk van de belastingopbrengsten, omdat deze als waarborg golden voor de uitgifte van de renten (zowel het kapitaal als de interest!). Belasting is in de vroegmoderne periode echter veel minder vanzelfsprekend dan tegenwoordig. De vorst moest namelijk aan zijn onderdanen (in het geval van Karel V bijvoorbeeld aan de Staten van het gewest Holland) vragen om belasting (vandaar heette belasting ook wel ‘bede’). Of de vorst zijn belasting kreeg, laat staan voor het gewenste bedrag, was lang niet altijd zeker. Een vorst had enkel recht op belasting als deze hard kon maken dat deze het algemeen belang diende, zoals de dreiging van een invasie. Dikwijls moest de vorst over de brug komen met gunstige voorwaarden.

De bijdrage van Tracy was baanbrekend en wordt veel toegepast in de economische geschiedenis. Enkele auteurs, zoals W. Fritschy en Jaco Zuijderduijn, menen dat de financiële revolutie later (Tachtigjarige Oorlog) dan wel eerder (onder Karel de Stoute) aanving.