Rob Gehring

Advocaat bij Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn

Gepubliceerd op 20-03-2017

Economische machtspositie

betekenis & definitie

Een economische machtpositie is een positie waarin een onderneming zich in belangrijke mate onafhankelijk van haar concurrenten, leveranciers, afnemers of de eindgebruikers kan gedragen.

Ondernemingen met een economische machtspositie hebben een 'bijzondere verantwoordelijkheid' om de concurrentie niet (verder) te beperken. Het is ondernemingen niet verboden een economische machtspositie te hebben, maar wel om een dergelijke positie te 'misbruiken'. In artikel 24 van de Mededingingswet (Mw) en artikel 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) is dit nationale respectievelijk Europese verbod neergelegd.

Artikel 24 Mw: "Het is ondernemingen verboden misbruik te maken van een economische machtspositie."

Artikel 102 VWEU: "Onverenigbaar met de interne markt en verboden, voor zover de handel tussen lidstaten daardoor ongunstig kan worden beïnvloed, is het, dat een of meer ondernemingen misbruik maken van een machtspositie op de interne markt of op een wezenlijk deel daarvan."

Met een economische machtspositie kan een onderneming niet slechts concurrentie uitsluiten, maar ook leveranciers en afnemers uitbuiten. Van misbruik is bijvoorbeeld sprake indien een onderneming met een machtspositie onbillijke contractuele voorwaarden oplegt, aan bepaalde bedrijven weigert producten te verkopen en/of excessieve prijzen in rekening brengt.

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) en de Europese Commissie kunnen ondernemingen boetes opleggen bij overtreding van artikel 24 Mw en/of 102 VWEU.