Een roemer is een drinkglas met een bolle kelk en een brede, holle stam met noppen. De afwerking van de noppen kon per glas verschillen: vaak zijn ze gestempeld in een braamvormig motiefje of uitgetrokken in een puntje, een doornnopje.
De noppen dienden waarschijnlijk ook een praktisch doel: ook met vette vingers glijden deze glazen niet uit je handen. Dit type glas werd vooral vervaardigd in de 16de en 17de eeuw in Duitsland en Nederland. Het werd ontwikkeld uit laat middeleeuwse glasvormen en werd tot in de 19de eeuw doorgeproduceerd. Roemers, maar ook de zeer erop lijkende berkemeyers, zijn vaak afgebeeld op 17de-eeuwse schilderijen.
