Tijdens de paasmaaltijd, het laatste avondmaal dat Christus met zijn leerlingen gebruikte, brak hij brood voor hen en zei: 'Eet, dit is mijn lichaam'. Hij schonk wijn in en zei: 'Drink, dit is mijn bloed'.
Daarmee symboliseerde hij het offer dat hij aan het kruis zou brengen, om de mensheid te verlossen van de erfzonde. In de katholieke kerk wordt het laatste avondmaal samen met de kruisdood van Christus herdacht tijdens de mis. Bij het laatste avondmaal voorspelde Christus dat één van zijn leerlingen hem zou verraden. In veel voorstellingen van het Laatste Avondmaal zit de apostel Judas (want die was het) apart van de anderen, aan de voorkant van de tafel. Ook is Judas vaak te herkennen als degene die van Christus het brood krijgt aangereikt.
