Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie S
- snelverkeer
- snelverkeersweg
- snelvervoer
- snelvoetig
- snelvuur
- snelvuurkanon
- snelwandelen
- snelweg
- snelweger
- snelzeilend
- snep
- sneren
- snerpen
- snerpend
- snert
- sneu
- sneuvelen
- sneuveltekst
- sneven
- snibbig
- snier
- snieren
- snijbank
- snijbiet
- snijbloem
- snijbonenmolen
- snijboon
- snijbrander
- snijden
- snijder
- snijding
- snijijzer
- snijkamer
- snijkoek
- snijlijn
- snijmachine
- snijplank
- snijpunt
- snijtafel
- snijtand
- snijvlak
- snijwerk
- snijwond
- snijzaal
- snik
- snikheet
- snikkel
- snikken
- snip
- snippenei
- snipper
- snipperdag
- snipperen
- snippermand
- snipperuurtje
- snipverkouden
- snit
- snob
- snobisme
- snobistisch
- snoei
- snoeien
- snoeihard
- snoeimes
- snoeischaar
- snoeisel
- snoek
- snoekbaars
- snoekduik
- snoeken
- snoeksprong
- snoep
- snoepachtig
- snoepen
- snoeper
- snoeperig
- snoeperij
- snoepgoed
- snoepgroente
- snoepig
- snoepje
- snoeplust
- snoepreisje
- snoepwinkel
- snoepzucht
- snoer
- snoeren
- snoes
- snoeshaan
- snoet
- snoeven
- snoever
- snoeverij
- snoezelen
- snoezig
- snok
- snokken
- snol
- snood
- snoodaard
