Gepubliceerd op 21-06-2017

Rails

betekenis & definitie

1. op de- staan,klaar staan; in orde zijn. Modieuze uitdr. uit de politieke kringen.

Waar Van Happen roept dat Trefpunt hard aan het onderhandelen is, daar zegt Teddy van Dui- vendijk van het bureau dat ‘er nog niets op de rails staat’. (Trouw, 04/11/89)

Staatssecretaris Van Amelsvoort wees de Tweede Kamer erop dat op het gebied van de bestrijding van belastingfraude ‘veel op de rails’ staat. (NRC Handelsblad, 09/11/90)

2. op de- zetten,modieuze uitdr. voor ‘ergens mee beginnen; in orde brengen’. Deze spoor- wegmetafoor is bijzonder geliefd in politieke kringen.

Als Jansen later die dag terugbelt meldt Van Dijk hem dat hij de aangewezen persoon is om het voetbal bij SVV weer op de rails te zetten. (Nieuwe Revu, 13/09/90)

Tien jaar geleden zetten de informateurs Halber- stadt en De Galan het kabinet Van Agt-Den Uyl weer op de rails. (De Volkskrant, 17/08/91)

3. uit de - raken/lopen,mislopen; ook ‘uit zijn doen raken’. Modieuze uitdr.

De besluitvorming in de Tweede Kamer wordt overgelaten aan de fractiewoordvoerders. Zijn die binnen hun fractiecommissie tot overeenstemming gekomen, dan worden de partijgenoten geacht er met hun vingers af te blijven. Daardoor loopt er ook nogal eens iets uit de rails. (Elsevier, 23/11/91)

De publieke omroep had een aantal punten die vooral de zelfbescherming en een niet-concurre- rende samenwerking behelsden. ‘Dat is goed gegaan tot het naar de achterban moest,’ aldus Van der Reijden. ‘Toen was de VNU er bij betrokken en vanaf dat moment liep het uit de rails.’ (Vrij Nederland, 22/10/94)