Gepubliceerd op 21-06-2017

Ongans

betekenis & definitie

zich - eten/lezen/werken enz.

erg veel eten, lezen; erg hard werken enz. Ongans bet. hier ‘onwel, ziek, misselijk, ongezond’. Al bij Chr. Stapelkamp in ‘Lexicologische aantekeningen’ (Tijdschrift voor Nederlandse Taal en Letterkunde,Leiden 1949).

Sterker nog, de man las zich ongans aan de escapades van Courtney. (Oor, 07/05/94)