Gepubliceerd op 21-06-2017

Down

betekenis & definitie

teneergeslagen, depressief: down zijn. Vooral in jeugdtaal. Ook zitten te downenen down gaan.Een meer eigentijdse uitdr. is depri. Ik zou ook niet dezelfde zijn geweest als ik niet zó down was geweest... (René Stoute: Jagers zijn wij, en ook de prooi, 1987)

Ik zie dan voor me hoe hij op zijn hotelkamer zit te downen. (Aktueel, 18/07/91)