Gepubliceerd op 21-06-2017

Bingo

betekenis & definitie

uitroep van verrassing, gewoonlijk in reactie op iets dat plots, snel en onverwacht gebeurt (succes dat iemand te beurt valt) of na een rake opmerking: ‘die is raak; hoera; Eureka!’

De kreet bingowerd oorspr. gebruikt in het bingospel wanneer men in de prijzen viel. Dit spel werd volgens TheBarnhartDictionary ofEtymologyin 1929 ontwikkeld uit het lotto. De kreet was er volgens dit woordenboek al eerder.

De uitroep werd echter begin jaren tachtig erg populair in kringen die niet direct iets te maken hadden met dit kansspel. Vooral jongeren hebben zich deze kreet eigen gemaakt.

Het woord bingowerd al in de 17de eeuw gebruikt om cognac mee aan te duiden. Volgens sommige bronnen zou het een schertsende samentrekking zijn van de letter b(van brandy) en het woord stingo‘een sterk soort bier’. Enig verband met het hazardspel is niet meteen duidelijk, maar een andere bron wijst erop dat bingoeen verbastering kan zijn van beano, een oudere benaming voor hetzelfde kansspel. Beanozou dan gevormd zijn naar analogie van keno,een ander geluksspel, dat zijn naam ontleende aan Frans quine‘vijf winnende nummers’. Volgens dezelfde bron zouden christelijke missionarissen het bingospel in de 19de eeuw geïntroduceerd hebben onder de inwoners van Afrika tijdens het al te enthousiast verkondigen van hun geloof. Deze volkeren associeerden het christelijk concept van de hemel, de uiteindelijke beloning voor een deugdzaam leven, met de uitroep bingo wanneer een speler in de prijzen viel. Bingo werd op die manier een syn. voor ‘hemel’.

Een populair Engels woordenboek weet een ander verloop te schetsen: een zekere Edwin Lowe zou in 1919 op een kermis in de buurt van Jacksonville, Florida, mensen een spel hebben zien spelen dat zij beanonoemden.

Dit kansspel was elders ook bekend onder de namen keno en housey-housey. Lowe ging het spel verder uitwerken en bracht een spel- gekte teweeg die hem een fortuin opbracht. Eén van zijn vrienden zou toen tijdens het winnen de kreet b...b...bingo!hebben uitgestoten, en hierdoor zou het kansspel zijn naam gekregen hebben. Het werd vooral populair in de jaren zestig, ook bij ons. Bij uitbreiding wordt het nu vooral gebruikt als uitroep van verbazing.

Ondanks alle tegenwind toch twee bingo’s op deze plaat, kwestie van even aan oude vrienden te laten horen dat de magie nog wel degelijk in de vingers zit. (Humo, 24/01/85)

Op die eerste reis was het meteen bingo. (Oor, 19/04/8 6)

En toen ik VD ging draaien met Wim Verstappen en daar tegen Kitty opliep, was het meteen bingo met ons. (Playboy, december 1986)

Toen kwam ik erachter dat ze ook in Nieuwegein woonde, dus dat was meteen bingo! (Vrij Nederland, 17/10/87)

Ik moest en zou ze plat krijgen en bingo, daar vielen de fictieve statistieken zomaar spontaan uit mijn mond. (Renate Dorrestein: Korte Metten, 1988)