zie ook depot is aangebrand:
1. gezegd van iemand die een geslachtsziekte heeft opgelopen. Dit schertsende gezegde was reeds gebruikelijk in de boeventaal van de 19de eeuw. Harrebomée geeft als omschrijving ‘een Venusziekte opgelopen’. In het Engelse slang gebruikt men sinds de late 16de eeuw de term burnt in dezelfde zin. Shake- speare gebruikte het woord burning in de bet. ‘een geslachtsziekte hebbend’ in KingLear. De Duitse volkstaal kent de uitdr. sichverbrennen en einen verbrannten Schwanz haben.
2. in het moderne slang van inlichtingendiensten gezegd van een geheim agent wiens identiteit doelbewust onthuld is. Hij is aangebrand bet. ‘zijn dekmantel is verdwenen, zodat hij niet verder meer ingezet kan worden’. Ontleend aan Engels slang to be burned. Sinds 1940 ook in het Duitse vakjargon: verbrannt sein.
De agent van de inlichtingendienst is bevreesd voor mogelijk ‘aanbranden’, bijvoorbeeld omdat zijn informant dubbelspel speelt en zijn club op de hoogte stelt, de informant op zijn beurt is als de dood voor het uitlekken van zijn contact met de inlichtingendienst. (Nieuwe Revu, 13/12/90)
