Gepubliceerd op 20-07-2020

Tand

betekenis & definitie

van ’t Idg. dont = tand en dit voor edont, het tegenw. deelw. van ed = eten. Tand w. d. z.: de etende. (Vgl. 't Gr. odontos: 2e nv. van tand.) Zie ook Tinne. Bij overdracht (dienst of vorm) ook: tand van een zaag, kam, rad, enz.