Gepubliceerd op 20-07-2020

Scharrelen

betekenis & definitie

een frequent, van scharren, dat krabben bet., bijv.: „Hoener (= hoenders) scharren al achterwaart”, thans: de kippen scharrelen; vandaar: bijeenscharrelen en scharrelaar; de kippen drentelen bij het scharrelen rond, vandaar: wat een gescharrel.

< >