Gepubliceerd op 20-07-2020

Immer

betekenis & definitie

uit ie-meer: ’t eerste lid bet. onverschillig wanneer (zie Iets) en meer bedoelt een vergr. trap van een tijdstip, dat verder dan nu is, dus een tijd in de toekomst, ’t Woord wil dus eig. zeggen: onverschillig wanneer in de toekomst, m.a.w. de geheele toekomst, altijd maar door: immer dreigend gevaar.” — Daar immer ook in elk geval kan bet. (het is n.l. zoo algemeen mogelijk), vormde men hiervan ’t bijw. immers: „Een goed vader verlaat zijn kinderen niet; dat is immers waar?” Hier bet. immers’, te allen tijde, in elk geval, en daarom 2°. een versterking.