van ’t Mnl. ticht — beschuldiging, en dit van Idg. wt. dig of dik = aantoonen, n.l. de schuld. (Verwant met teeken; z. d. w.) Beschuldigen was dan ook oudtijds tiën, tijen; vgl. ’t Mnl.: ,,Maer ic tic u hier voor allen, Dat gi een verrader ende een moorder sijt.”
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk