Théodôre Bernard van Lelyveld (‘Theodore’) geb. Semarang (Ned. Indië) 18 februari 1887, overl. Den Haag 7 oktober 1954.
Woonde en werkte in Utrecht, Haarlem, Suriname, Den Haag, Parijs 1904-1905, Brugge 1905, Den Haag, Santa Margherita 1911, Ned. Indië tot 1915, Laren (N.H.) na 1916, Voorburg tot 1919, Den Haag tot 1942, Renkum tot 1945, daarna in Den Haag. Leerling van Charles van Wijk, de Akademie v. B.K. in Den Haag o.l.v. Fr. Jansen, te Parijs op de Ecole Libre Julian en van A. de la Gandara aldaar.
Was aanvankelijk officier, na 1904 (door een ongeluk afgekeurd voor verdere dienst) ging hij zich aan de kunst wijden. Schilderde, aquarelleerde en tekende figuren (veel portretten), landschappen en bloemen (stillevens). Was ook schrijver over kunst: hij heeft een standaardwerk gepubliceerd over de Javaanse kunst. Was lid van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag, van Arti et ‘Amicitiae’ te Amsterdam en voorzitter en oprichter van de Vereniging Vrienden van de Aziatische Kunst.
Rijksherbarium Leiden: orchideeën (een aantal aquarellen en tekeningen).
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Thieme-Becker; Waller.
