Pieter van der Hem (‘Piet’) geb. Wirdum (gem. Leeuwarderadeel) 9 september 1885, overl. Den Haag 24 april 1961.
Woonde en werkte in Amsterdam 1902-1907, Parijs tot 1908, Amsterdam tot 1910, Rome, Parijs tot 1911, Moskou, St. Petersburg 1912, Spanje tot 1914, Amsterdam, Den Haag na 1915, Volendam 1917, Edam tot 1919, Den Haag (Scheveningen) tot 1944, Leeuwarden, en van 1946 af in Den Haag. Eerste lessen van J. Bubberman te Leeuwarden. Leerling van de Rijksschool voor Kunstnijverheid (drie jaar) o.l.v. G. Sturm, van de Rijksakademie te Amsterdam (1904-1907) o.l.v. A. Allebé, N. van der Waay en P. Dupont.
Schilderde, aquarelleerde, tekende (veel in pastel), was ook etser en lithograaf van Toulouse Lautrec-achtige dancings, music-halls, Parijse cabarets, danseresjes enz. Stierengevechten en danshuizen in Spanje. Maakte veel portretten, o.a. van de kon. familie. Genoot bekendheid door zijn jachttaferelen en was ook politiek tekenaar en ontwerper van reklames. Gaf les aan J. W. C. Godin, N. Huppes en D. D. Osinga. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.
Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: het zeiljacht; in het restaurant. Haags Gemeentemuseum: diverse bruiklenen, w.o. huwelijk van prinses Juliana, 1937; dansen; kunstrijden; paardrijden enz. Dordrechts Museum: een liggende jonge vrouw aan het strand; de rookster (tek. in kleuren). Rijksmuseum Twenthe Enschede: 5 doeken met waterwild (olieverf). Rijkscollectie: inzegening huwelijk prinses Juliana met prins Bernhard, 1937. Rijksmuseum Van Bilderbeek-Lamaison Dordrecht: na de doop.
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Van Hall I; Waller.
