Gepubliceerd op 14-02-2019

Jacobus loerenz sörensen (soerensen)

betekenis & definitie

Jacobus Loerenz Sörensen (Soerensen) geb. Amsterdam 29 juni 1812, overl. Amsterdam op 17 mei 1857.

Werkte in Amsterdam, tijdelijk in Lienden (1836). Leerling van de Akademie v. B. K. te Amsterdam 1831-1832.

Schilder, etser en lithograaf van landschappen, meestal boomrijk en met zonlicht-effect. Schilderde in de trant van B. C. Koekkoek.

Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1834-1857 en Zwolle 1855: landschap bij Kleef; riviergezicht bij opkomende maan; maneschijn; avondstond; winterlandschappen; boomrijke landschappen; geboomte op de Grebbeberg; enz.

Scheen; Thieme-Becker; Waller; Wurzbach.

< >