Gepubliceerd op 21-02-2019

Arnoldus johannes eymer

betekenis & definitie

Arnoldus Johannes Eymer geb. Amsterdam 17 juni 1803, overl. Haarlem 21 januari 1863. Woonde en werkte aldaar.

Leerling van C. Steffelaar en medewerker van J. van Ravenzwaay. Was aanvankelijk makelaar; wijdde zich in 1834 geheel aan de kunst. Heeft reizen naar Duitsland gemaakt in 1835-1836; was lid van de Koninklijke Akademie te Amsterdam en vestigde zich in 1840 te Haarlem.

Schilderde, aquarelleerde en lithografeerde vnl. landschappen. Leermeester van L. J. Eymer.

Tentoonstellingen te Haarlem in 1825. Amsterdam en Den Haag van 1827-1856: enkele stillevens met dood wild; diverse landschappen, o.a. bij Bentheim, Haarlem, enkele (bergachtige) landschappen, een enkel stadsgezicht.

Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: enige tekeningen; gezicht bij Haarlem (aquarel); landschap met huizen en molens aan het water (aquarel). Frans Halsmuseum Haarlem: landschap met molen. Teylers Stichting Haarlem: landschap bij Heemstede en diverse aquarellen en pentekeningen. Gemeentearchief Haarlem: een groot aantal tekeningen, w.o. gezichten op Haarlem, de Sparenwouderpoort, bij de Catharijnebrug; enz. Rijksmuseum Kröller-Müller Otterlo: 5 tekeningen. Rijksprentenkabinet Amsterdam: een groot aantal tekeningen. Rijksprentenkabinet Leiden: landschap (tekening). Museum Fodor Amsterdam: gezicht op overhaal; landschap met houtzaagmolen; schuit bij enige wilgebomen (alle tekeningen).

Immerzeel; Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Waller; Wurzbach.

< >