Adrianus Antonius van der Weijden (‘Adriaan’) geb. Oudenrijn 7 juni 1910. Woonde en werkte aldaar, in Amsterdam, Rome, Cairo, Madrid, Algiers, Marokko, Griekenland; sinds 1945 in Amsterdam. Hij heeft tot zijn 22ste jaar op de ouderlijke boerderij gewerkt, daarna kunstschilder.
Leerling van Willem van Leusden te Maarssen (tekenlessen), hierna van de Rijksakademie te Amsterdam (1932-1940) o.l.v. J. Bronner, J. H. Jurres en M. H. E. Campendonk. Behaalde in 1940 de Prix de Rome voor monumentale kunst. Akte l.o. tekenen.
Schildert, aquarelleert, tekent (pastel) en maakt houtgravures. Vrij en monumentaal-schilder (alle technieken). Onderwerpen: meestal dieren (in abstraktie) en figuren. Lid van de B.B.K., de vereniging Beoefenaars Monumentale Kunsten te Amsterdam en van het genootschap ‘Kunstliefde’ te Utrecht.
Muurschildering St. Louis-school Amsterdam (1956), stadhuis Amsterdam, Soc. ‘Het Leeuwenpoortje’ medaillons (1960). betonreliëf, Prov. Utr. Elec. Mij. N.V., Vinkeveen (1960); diverse glas-in-lood ramen en breektegelmozaleken voor particuliere en openbare gebouwen. Meer muurschilderingen in /kerken en klooster in De Meent. Doesburg en Enschede (1945-1948). Diverse eenmanstentoonstellingen van 1948 tot heden in binnen- en buitenland. Werk in de Rijkscollectie.