Verloop van de grondtemperatuur op een bepaalde plaats gedurende een etmaal. Afhankelijk van de grondsoort is dit verloop belangrijk kleiner dan dat van de luchttemperatuur aan het aardoppervlak en bovendien iets in tijd verschoven.
Op wat grotere diepte, zo'n 40 tot 50 cm, is de bodemtemperatuur vrijwel constant. Het bovenste laagje van de grond aan het aardoppervlak heeft in het algemeen daarentegen een veel grotere dagelijkse gang. Overdag door directe aanwarming door de zon en in de nacht door uitstraling.
Zie ook: grastemperatuur
Zie ook: grondtemperatuur
Zie ook: stralingsnacht