Lexicon ZW & WIA

Paul Lammerts (2016)

Gepubliceerd op 18-08-2015

WIA

betekenis & definitie

De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen voorziet werknemers, ambtenaren en WW-gerechtigden van een uitkering als ze langdurig arbeidsongeschikt raken. In werking getreden per 29-12-2005, voorziet de WIA verzekerden die ziek zijn geworden vanaf 1 januari 2004 -na de wachttijd- van een arbeidsongeschiktheidsuitkering indien zij meer dan 35% arbeidsongeschikt zijn.

De WIA bestaat grofweg uit twee regelingen:
-1. de IVA (Inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten)
-2. de WGA (Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten).

ad 1. De werknemer die volledig arbeidsongeschikt (80/100%) én 'duurzaam' (geen of slechts een geringe kans op herstel) arbeidsongeschikt is, kan een IVA-uitkering krijgen. UWV kan al tijdens de wachttijd een IVA-uitkering verstrekken: de zogenaamde vervroegde IVA, voor verzekerden zónder kans op herstel. De IVA-uitkering is 75% van het loon dat hij kreeg voor dat hij ziek werd en is begrensd op het maximumdagloon.

ad 2. Is de werknemer gedeeltelijk (35/80%) of volledig (80/100%) maar niet duurzaam arbeidsongeschikt, dan krijgt hij een WGA-uitkering. Binnen de WGA bestaan drie regelingen:

- de loongerelateerde uitkering (LGU)
- de loonaanvullingsuitkering (LAU)
- vervolguitkering (VVU).

LGU: Als de verzekerde aan de voorwaarden voldoet (35% of meer loonverlies en de 'referte-eis') dan ontvangt hij eerst LGU. De hoogte is afhankelijk van het loon voordat hij ziek werd en bedraagt ongekort 70% (de eerste twee maanden 75%), de duur hangt af van het arbeidsverleden.

LAU: Na de LGU komt LAU in beeld: Mits de verzekerde nog 35% of meer arbeidsongeschikt is, ontvangt de verzekerde die voldoende werkt (hij moet in beginsel minimaal de helft van zijn verdiencapaciteit benutten, dit is de zogenaamde 'verdieneis') een loonaanvullingsuitkering. De hoogte is afhankelijk van meerdere factoren.

VVU: De verzekerde die moet voldoen aan de verdieneis en minder dan 50% van zijn restverdiencapaciteit benut, ontvangt een (lagere) WGA-vervolguitkering. De uitkeringshoogte hangt af van het arbeidsongeschiktheidspercentage en bedraagt een percentage vh minimumloon.