Eigenlijk: James Alfred Wight, Engels dierenarts en schrijver, *3.10.1916 Glasgow. Herriot studeerde in zijn geboorteplaats en vestigde zich in 1940 als dierenarts in Thirsk, Yorkshire.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog diende hij de Engelse luchtmacht, daarna nam hij zijn praktijk in Yorkshire weer op. In 1970 debuteerde hij met de roman If only they could talk, die in 1972 werd gevolgd door It shouldn't happen to a vet. Deze boeken werden in Engeland vrij goed ontvangen, maar werden pas een echt groot succes, toen zij in de VS als omnibus onder de titel All creatures great and small werden gelanceerd (1972) . Er werd een televisieserie naar gemaakt die zowel in de VS als in Europa bijzonder populair werd en de weg effende voor het succes van Herriots volgende romans Let sleeping vets lie(1973) , Vet in harness (1974), Vets might fly (1976) en Vet in a spin (1977). Ook de omnibusuitgaven, die uitkwamen onder de titels All things bright and beautiful (1973), All things wise and wonderful (1977) en The Lord God made them all (1981), bleken zeer geliefd bij een groot publiek. De romans van Herriot, die in alle Europese en verscheidene niet-Europese talen werden vertaald, beschrijven zijn wederwaardigheden als dierenarts. De dieren, de bevolking en het landschap van Yorkshire spelen daarin de hoofdrol en zijn levendig en met humor beschreven. In 1984 schreef hij zijn eerste kinderboek: Moses the kitten.
