m. (-len), aarden wal die opgeworpen is om het erachter gelegen (woon-)gebied af te schermen van het geluid van een sterke geluidsbron, meestal een grote verkeersader.
(e) Een geluidswal is goedkoper aan te leggen dan een geluidsscherm en is optisch aantrekkelijker, m.n. ook door de begroeiing. Daar staat tegenover dat het ruimtebeslag veel groter is. De akoestische demping is gewoonlijk minder dan die van een even hoog scherm, o.a. doordat de top niet scherp is en doordat de begroeiing op de dijk het geluid verstrooit. Daarom wordt soms de geluidswal aan de bovenzijde voorzien van een houten scherm. Met een scherm van ten minste 75 cm hoog wordt bij gelijke totale hoogte de geluidswering beter en het ruimtebeslag kleiner. Aan de woonzijde van het scherm kunnen zonder bezwaar struiken geplant worden.
