Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

El salvador

betekenis & definitie

(República de El Salvador), republiek in Midden-Amerika, begrensd door de Grote Oceaan, Guatemala en Honduras, 21 393 km2, 4,94 mln. inw. Hoofdstad: San Salvador.

ECONOMIE

De bevolking, van wie 41 % in steden woont, neemt gemiddeld per jaar met 2,9 % in aantal toe. De geboorten- en de sterftecoëfficiënten bedragen resp. 39,2 ‰ en 7,4 ‰. Geschat wordt dat ca. 18 % van de bevolking ten gevolge van de burgeroorlog van haar eigenlijke woonplaats is verdreven. De beroepsbevolking bestond in 1982 uit 1,6 mln. personen, van wie 49,2 % in de landbouw werkzaam was. Een van de grootste problemen van het land is de geweldige sociaal-economische ongelijkheid: 49 % van de landbouwbedrijven is kleiner dan 1 ha. Samen beschikken deze bedrijven over niet meer dan 5 % van het totale cultuurareaal. 38 % van de bedrijven is tussen 1-5 ha groot. Deze bedrijven beschikken slechts over 15 % van de oppervlakte.

Slechts 1,5 % van de bedrijven is groter dan 50 ha, maar deze groep beschikt over 49 % van de cultuuroppervlakte. De vestiging van grote Noordamerikaanse industriële bedrijven heeft de sociale tegenstellingen verscherpt. De oorspronkelijke verwerking van landbouwprodukten werd door deze moderne exportindustrie verdrongen. Bovendien bracht de guerrilla schade toe aan de infrastructuur en de economie van de rijkere zuidelijke departementen, waar guerrillastrijders zelfs tijdelijk steden bezetten. Het BNP ging dan ook achteruit (-9,6 % in 1981) en de export van katoen en koffie daalde aanzienlijk. De voorgenomen landbouwhervorming kon niet voltooid worden.

LITTERATUUR zie Midden-Amerika.

POLITIEK

De VS besloten begin 1981 tot een aanzienlijke economische en militaire hulp aan de Salvadoriaanse junta. Daar de Salvadoriaanse strijdkrachten een gebrek aan discipline vertoonden, werden in de VS elitetroepen opgeleid. De rebellen, die via Nicaragua alleen van lichtere wapens voorzien werden en veel jongeren in hun rangen opnamen, konden niettemin geregeld succes boeken. De verschillende guerrillaorganisaties, verenigd in het Farabundo Marti de Liberación Nacional (FMLN) vernielden ,in jan. 1982 met een mortieraanval de luchtmachtbasis Ilopango. Door het opblazen van bruggen, bussen en elektriciteitsleidingen ontredderden zij het transport en de energievoorziening. Toch konden de verkiezingen voor de Grondwetgevende Vergadering op 28.3.1982 doorgang vinden.

Vier Ned. journalisten, die het gebeuren kwamen verslaan, werden op 17 mrt. door het leger vermoord. Bij de verkiezingen behaalde de christen-democratische PDC van Duarte slechts 24 van de 60 zetels, zodat de meerderheid ging naar de rechtse en extreem-rechtse partijen, vooral de ARENA-partij van gewezen majoor Roberto d’Aubuisson. Toen deze laatste, wiens naam verbonden is met de moord op aartsbisschop Romero in 1980, gekozen werd tot voorzitter van de Grondwetgevende Vergadering, drongen de VS en het leger de verkiezing op van een meer neutrale figuur tot president, nl. de econoom Alvaro Alfredo Magana, de directeur van de Centrale Bank. De guerrillabeweging zette haar sabotagestrategie voort, en de VS boden nieuwe hulp. Op 6.1.1983 rebelleerde kolonel Sigifredo Ochoa, die met zijn garnizoen het departement Cabaiias van guerrillastrijders had weten te zuiveren; hij bewerkstelligde de vervanging van minister van Defensie generaai José Guillermo Garcla door generaal Eugenio Vides Casanova. De regering, waarvan president Magana op 4.5.1983 een amnestiewet verkregen had met het oog op latere verkiezingen, bleef verdeeld over onderhandelingen en de voortzetting van de hervormingen.

In de loop van 1983 werd duidelijk dat zowel president Magana als Ruben Zamora, een van de belangrijkste leiders van het verzet, bereid waren tot overleg. Toch ging de burgeroorlog onverminderd voort. In nov. van dat jaar besloot de Grondwetgevende Vergadering tot het houden van presidentsverkiezingen op 25.3.1984. De verkiezingsstrijd speelde zich voornamelijk af tussen Duarte van de PDC en d’Aubuisson van de ARENA. De verkiezingen, van nabij kritisch gevolgd door waarnemers uit 27 landen, leverden de overwinning op voor Duarte. Deze stippelde een beleid uit dat duidelijk was gericht op een verzoening met het verzet.

In juni 1984 werd in El Salvador voor het eerst een vonnis geveld wegens schending van de mensenrechten. Vijf vm. leden van de Nationale Garde werden schuldig bevonden aan de moord op drie Amerikaanse nonnen en een lekenzuster in dec. 1980 en veroordeeld tot 30 jaar gevangenisstraf. In okt. vond zelfs een gesprek plaats tussen Duarte en een delegatie van het verzet. Directe resultaten waren er echter niet.