Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Pleidooi

betekenis & definitie

Pleidooi. - In strafzaken kan de beklaagde zelf zijn zaak bepleiten of, indien hij een advocaat heeft, dit aan dezen overlaten. In den regel doet hij natuurlijk het laatste. Het pleidooi wordt gehouden na het requisitoir van het openbaar ministerie, dat gelegenheid heeft er weder op te antwoorden. Op straffe van nietigheid moet echter aan den beklaagde of zijn raadsman de gelegenheid worden gegeven het laatst het woord te voeren (art. 189 Sv.). — In burgerlijke zaken wordt alleen gepleit, wanneer partijen de zaak in haar conclusiën nog niet voldoende toegelicht achten; anders wordt dadelijk na het wisselen daarvan recht op de stukken gevraagd (art. 144 Rv.). Partijen mogen ook hier zelf haar zaak bepleiten ; de rechter kan haar dit echter ontzeggen, indien zij door drift of onbedrevenheid buiten staat zijn haar zaak met de vereischte betamelijkheid en met de duidelijkheid, die tot des rechters onderricht noodig is, voor te dragen (art. 20 Rv.). Voor den kantonrechter kan ook een gemachtigde de zaak bepleiten (art. 99 Rv.). Voor de rechtscolleges moet de partij, wil zij niet zelf pleiten, dit door haar advocaat of procureur laten doen.

In het bijzonder behoort het tot den werkkring van den advocaat (art. 21 Rv.). De partijen en haar praktizijns zijn gehouden de zaak voor den rechter met bezadigdheid te bepleiten en in alles den eerbied in acht te nemen en te bewaren, dien men aan de justitie schuldig is. Wanneer zij zich daarin te buiten gaan, zal de rechter hen dit herinneren (art. 22 Rv.). De advocaten pleiten staande, gekleed in hun ambtscostuum, des goedvindende met gedekten hoofde (art. 21 Regl. III t. uitv. v. art. 19 R.O.). Vóór den aanvang der pleidooien worden de met redenen omkleede conclusiën voorgelezen (art. 45 Regl. I). Wanneer de rechters eenparig oordeelen, dat een zaak tot genoegzame klaarheid is gebracht, doet de President de pleidooien ophouden (art. 47 Regl. I).