Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Ontginnen

betekenis & definitie

Ontginnen - voor de cultuur geschikt maken van den woesten grond. Voor ontginning tot bouw- en grasland komen alleen de goede woeste gronden in aanmerking: dat zijn de veengronden en de heidegronden met een voldoend vochthoudend vermogen. De hooge heidegronden, de zandverstuivingen en de duinen worden meer ontgonnen tot bosch. Vóór de ontginning moet de grond meestal worden bewerkt, voor bosch soms tot op een diepte van 50 c.M. of meer.

Lage gedeelten moeten worden drooggelegd, stuifzand en duinen vastgelegd, terwijl voor bouw- en grasland de grond meestal ook moet worden gelijk gemaakt. Na het gereedmaken van den grond vindt de bemesting plaats, welke echter bij ontginning tot bosch meestal achterwege kan blijven, tenzij een voorbouw wordt toegepast. In ons land werd ontgonnen tot bouw- en grasland in 1910 7148 H.A., 1911 9314 H.A., 1912 9569 H.A., 1913 9072 H.A., 1914 8191 H.A., 1915 7265 H.A., 1916 5264 H.A., 1917 4108 H.A., 1918 3440 H.A., 1919 5253 H.A. De invloed van den wereldoorlog is in deze cijfers duidelijk merkbaar. Gebrek aan meststoffen en aan werkkrachten waren toen groote belemmeringen. Zie verder HEIDEONTGINNING en BEZANDEN.