Offerte, aanbod, voorstel tot het aangaan van een overeenkomst. In het Duitsche recht is zij uitvoerig geregeld (§§ 145 v.v Bürg. Ges.b.). Hier te lande echter niet. Volgens sommigen bindt te onzent de offerte den aanbieder tot niets. Veeleer zal echter moeten worden aangenomen, dat door de enkele aanneming door de wederpartij een overeenkomst tot stand komt, waaraan de aanbieder zich dus niet eenzijdig kan onttrekken.
Zoolang geen aanneming heeft plaats gehad, kan de aanbieder zijn offerte herroepen. Ook zonder herroeping zal zij slechts gedurende een redelijken tijd als geldend moeten worden beschouwd, in ieder geval echter voor zoo lang, dat de wederpartij de gelegenheid heeft op het aanbod in te gaan. Sommigen achten gedurende dien tijd zelfs herroeping van geen waarde. Anderen achten den aanbieder, die binnen dien tijd op zijn offerte terugkomt tegenover de wederpartij, die voornemens is erop in te gaan, maatregelen neemt en kosten maakt, tot vergoeding van schade verplicht (wegens culpa in contrahendo). — Het aanbod kan tot een bepaald persoon zijn gericht of tot het publiek in het algemeen (plaatsen van advertenties, van automaten, stationneeren van rijtuigen). Zie over dit openbaar aanbod J. Polderman, Het o. a., Ac. Prft. 1913. Zie ook UITDOVING.
