Nievelt (Carel van), Nederl. letterkundige, geb. 20 Juni 1843 te Delfshaven, was Oost-Ind. ambtenaar, later medewerker aan verschillende letterk. tijdschriften, ook mede-redacteur van de.„Nieuwe Rott. Courant”; onder het ps. J. van den Oude gaf hij jarenlang waardevolle kritieken in het „Nieuws v. d. Dag”; gebundeld versehenen een aantal in Literarische Interludiën (2 dln. in 1899 en 1902), Uit de poppekraam der Romantiek (1908); onder het ps.
Ypsilon schreef v. N. in hetzelfde blad stichtelijke artt. Novellistischen romanwerk: Phantasien (1874), In bonte rij (vertellingen en beelden, 1879), Chiaroscura (vertellingen, 1882), Bergstudiën (1888), Herman Wolsink, een levensverhaal (1889). Hij overleed in 1913 te Wiesbaden, waar hij zijn laatste levensjaren doorbracht.
