Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Monade

betekenis & definitie

Monade - (van ’t Grieksche woord „monas”, eenheid, reeds voorkomend bij den wiskundige Euklides, verder bij de Pythagoraeërs en Plato), is een door Bruno en Leibniz in zwang gekomen metafysische term ter aanduiding van een substantieele eenheid, een enkelvoudig wezen, dat als niet-uitgebreid, niet samengesteld, onstoffelijk en als geestelijke kracht gedacht werd. Volgens de monadologie (monaden-leer) bestaan de dingen op zichzelf uit zoodanige monaden, die zich in hun verbinding aan de zinnelijke waarneming als „lichamen” vertoonen. Leibniz denkt zich de monaden als punktueele („points métaphysiques”), onvernietigbare, onveranderlijke kracht-centra, als entelechieën, de „ware atomen” in de natuur.

De m. onderscheidt zich van het atoom, doordat dit als laatste materieele eenheid zonder geestelijke eigenschappen gedacht wordt, en dus alleen voor een mechanistische natuurverklaring dienen kan. Na Leibniz zijn vertegenwoordigers der monadologie: Herbart en Lotze.

< >