Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Interventie

betekenis & definitie

Interventie. - In het burgerlijk procesrecht omvat zij zoowel voeging als tusschenkomst. — In het wisselrecht acceptatie ter eere of betaling ter eere. Zie voor het eerste ACCEPTATIE. Betaling ter eere van een geprotesteerden wisselbrief kan geschieden door een ieder en wel ter eere van den trekker of van een der endossanten. Van die betaling wordt het bewijs ingelascht in de akte van protest of achter deze gesteld (170 K.). Wie een wissel ter eere van een ander betaalt, treedt daardoor zelf in de rechten en verplichtingen van den houder.

Hij is daarenboven gehouden van de gedane betaling onverwijld kennis te geven aan hem, te wiens eere hij betaald heeft, op straf van vergoeding van kosten, schaden en interessen, zoo daartoe gronden zijn (171 K.). Indien de betaling ter eere gedaan is voor rekening van den trekker, zoo zijn alk de endossanten bevrijd. Is zij gedaan ter eere van een der endossanten, zoo zijn alk de op dezen volgende endossanten bevrijd (172 K.). Indien degene, op wien de wissel oorspr. getrokken was en tegen wien deze van nonacceptatie was geprotesteerd, willig is de betaling te doen, wordt aan hem boven anderen, die zich daartoe aanbieden, de voorkeur gegeven (174 K.). Zie voor andere gevallen, dat zich meer personen voor betaling aanbieden 173 K. — In het oorlogsrecht verstaat men onder i. het tusschen beide komen van een staat in de aangelegenheden van een anderen staat, hetzij inwendige, hetzij in de uitwendige (binnenben buitenl. interventie). I.in engeren zin is het eigenmachtig handelend optreden van een staat in de binnenlandsche zaken van een anderen souvereinen staat, ’tzij met dwangmiddelen, ’tzij door een politieke daad, als b.v. de erkenning der onafhankelijkheid van een oproerige partij. Als zoodanig is i. dus lijnrecht in strijd met het begrip van souvereiniteit derstaten en hun grondrechten. In de tweede helft der 19e eeuw gaf Turkije onophoudelijk aanleiding tot interventie. De voornaamste en eenige algemeen erkende rechtsgrond voor i. is zelfverdediging. Een tweede rechtsgrond is een bijzondere titel of overeenkomst (garantiegebied niet te verlaten, zoo worden ze geinterneerd. — De wet van 31 Dec. 1914, Stb. 666, bevat straf- en tuchtrechtelijke voorzieningen betreffende de hier te lande geïnterneerde militairen van een buitenl. mogendheid. Zie ook de wet van 17 Juni 1918, Stb. 409.