Inbreng - Bij schenkingen aan wie later met anderen erfgenaam van den schenker zal zijn, kan de bedoeling bestaan, dat de begiftigde werkelijk door die schenkingen boven deze anderen zal worden bevoordeeld, maar ook kunnen die schenkingen als een soort voorschot op de erfenis zijn bedoeld. Moet het laatste worden aangenomen, zoo moet, alvorens tot deeling der nalatenschap wordt overgegaan, het gegevene weder worden ingebracht in den boedel, teneinde de gelijkheid tusschen de erfgenamen te herstellen. Zie verder 1132—1145 B. W.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
