Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Geslachtsregister

betekenis & definitie

Geslachtsregister - van Jezus. In Markus, die zijn boek beschouwt als een voorgeschiedenis van het Evangelie aangaande den verheerlijkten Heer, is nog geen sprake van Jezus’ voorgeschiedenis, ook niet van zijn g. Algemeen stond vast, dat Jezus uit den stam van Juda was. Denkelijk heeft polemiek met de Joden er toe geleid, dat de genealogische gegevens, die door Palestijnsche families zorgvuldig werden bewaard, meer op den voorgrond traden. Zij komen voor Matth. 1 en Luk. 8. De verschilpunten zijn, dat M. stroomaf-, L. stroomopwaarts zich beweegt.

De een begint bij Abram, de ander eindigt bij Adam, den zoon van God. M. volgt de lijn der koningen, L. noemt onbekende personen. Alleen de namen Sealtheël—Zerubbabel zijn gemeenschappelijk voor het later gedeelte. Vóór David, waar eenstemmigheid vanzelf spreekt, verschillen nog Aram van Admin. Mattheus heeft 3 x 14, Lk. 7 xll namen. Wat Matth. 3 : 1—12 betreft, sluit het g. niet de geboorte uit de maagd Maria uit. De afwijkende lezing Matth. 1:16: „Jozef, met wien de maagd Maria verloofd was, verwekte Jezus”, uit de Syrische palimpsest van den Sinaï, wordt nog alleen ten onrechte door von Soden overgenomen. Eigenaardig is de voorliefde voor getallen bij Mattheus, die vermoedelijk in verband met de getalwaarde van de drie Hebr. letters uit den naam David 3x14 geslachten wil bereiken op eenigszins geforceerde manier door tusschen Joram en Uzzia, tusschen Josia en Jechonja namen over te slaan, terwijl Jechonja tweemaal geteld' en Jezus zelf meegeteld wordt.

Voor het eeuwenlange tijdperk in Egypte en dat der richteren heeft hij samen maar 3 geslachten. Eigenaardig is voorts de vermelding van 4 vrouwen: Thamar, Rachab, Ruth, Bathseba, die niet alleen min of meer zedelijk onder verdenking staan, maar bovendien van heidenschen oorsprong zijn. Het is alsof hij die voorbeelden stelt tegenover den laster, waarmee men Maria treft. Dat Lukas, die Mt. gekend heeft, van hem afwijkt, bewijst, dat hij of anders oordeelt of iets anders beoogt, bijv. een G. van Maria. Nu is het laatste aannemelijk bij een Antiochener, die meer bijzondere herinneringen van Maria heeft bewaard, doch dan hadden we dit ook gaarne van hem 3 : 23 vernomen, wat niet het geval is. In alle gevallen zijn de beide evangeliën het eens over de geboorte van Jezus uit de maagd Maria. Vgl. L. Lindeboom, De G. van Jezus Christus onzen Heer (1911); R. H. Grützmacher, Die Jungfrauengeburt (1911); A Steinmann, Die JungfraulicheGeburt des Herrn (1916).