Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Gelimer

betekenis & definitie

Gelimer - laatste koning van het rijk der Vandalen. Als achterkleinzoon van Genserik kwam hij in 630, nadat zijn voorganger Hilderik, die zich bij het Byzantijnsche rijk nauw had aangesloten, was afgezet, aan de regeering. Keizer Justinianus, die het plan had de Westel. deelen van het Rom. rijk weer met het 0. te vereenigen, vond in hetgeen bij de Vandalen gebeurde een aanleiding hem te beoorlogen. De veldheer Belisarius stak met een groot leger over naar N.Afrika, versloeg den Vandaalsche legerafdeelingen en noodzaakte G. zich aan hem over te geven (633). — Van G. wordt gezegd, dat hij, door de Romeinen belegerd, tot den veldheer een bode zond met het verzoek om brood, om zijn honger te stillen, een spons, om zijn gewonde oog te wasschen, en een harp, opdat hij zijn leed in een lied kon bezingen (Procopius, De bello Vandalico).

< >