Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Garen

betekenis & definitie

Garen - de door het spinproces (zie SPINNERIJ) uit spinvezels gevormde draad; wordt zonder meer in de weverij gebezigd of, twee-, driedubbel ineengedraaid, gebruikt tot naaien, stikken, breien, stoppen, mazen, borduren, binden enz. Naar de gebezigde grondstof onderscheidt men wollen, katoenen, vlas-, hennep-, jute-, zijdegaren, enz., terwijl ook uit kokosvezelen, koe-, geiten- en ander haar garens worden gesponnen. Bij wollen garen onderscheidt men, met het oog op de manier van vervaardiging, kaardgaren en kamgaren. Onder zijdegaren verstaat men het spinsel uit afval van zijde (floretzijde), niet den van de cocons afgehaspelden draad (ruwzijde).

Verreweg het meerendeel der in den handel gebrachte garens zijn van katoen vervaardigd. Het katoen wordt deels met de hand op het wiel zooals in het Oosten, deels en hoofdzakelijk met machines tot garen gesponnen en daarnaar onderscheidt men handgaren en machinegaren. In Europa wordt tegenwoordig slechts machinegaren vervaardigd, het Oost-indische is handgaren. Het katoen wordt eerst door handenarbeid of door machines uit elkander gewerkt, en daarna gekaard ter verwijdering der nog aanwezige onzuiverheden, om de vezels uit elkander te trekken en aan elkander evenwijdig te brengen. Ook deze. arbeid geschiedt op bijzondere machines (ruwe en fijne kaardmachine). De hierdoor verkregen fijne en losse strooken komen nu tusschen rekcylinders (strekmachine), om de vezels nog meer evenwijdig aan elkander te maken. Nadat dit geschied is, zijn zij gereed om de eerste bewerking van het spinnen te ondergaan, die een geringe ineendraaiing van den draad bewerkt. Deze is dan nog altijd een vinger dik; bij een tweede behandeling komt hij door voortdurend draaien en rekken tot de dikte van bindtouw en eerst de derde bewerking levert een voleindigden draad.

Dit geschiedt op de ringspinmachine (Eng. throstle spinning-frame; Fr. continue) of op de mulemachine (Eng. mule spinning-frame, mule jenny; Fr. muil jenny en fin). De ringspinmachine wordt gebezigd voor sterk gedraaide, niet zeer fijne garens, die als kettinggaren of breikatoen gebruikt worden. De mulemachine werkt sneller en geeft in den regel een los spinsel; evenwel kan men ook daarmede stevig ineengedraaid garen verkrijgen (medio twist). Het meeste in den handel voorkomende garen is mulegaren. Het gesponnen garen wordt in strengen gehaspeld, die weer door aangebrachte draadjes in bundels verdeeld zijn, dan tot bossen vereenigd en op de garensorteeringbalans naar de fijnte gesorteerd en in pakken van 5 kilo saamgesnoerd. Garen, dat van de spinmachine direct op de weefgetouwen komt, zonder eerst gehaspeld te zijn, heet pincops.

Naar de fijnte wordt het garen in verschillende nummers verdeeld, die het gewicht van een bepaalde lengte draad aangeven. In Engeland en Duitschland, waar het garen in engelsche strengen gehaspeld wordt, bepaalt het nommer hoeveel strengen op een engelsch pond gaan. Een engelsche streng heeft 7 bundels, elk van 80 draad windingen van 1½ yard = 54 engelsche duim lengte, de geheele streng is dus 2520 engelsche voet lang. Het garen no. 100 heeft 100 zulke strengen in een pond. Throstlegaren kan maar tot n°. 80, mulegaren daarentegen tot n°. 350 gesponnen worden, maar evenwel komen garens boven 200 en onder 6 bijna nooit voor.

Behalve bij het zeer fijne breikatoen komen in den garenhandel slechts de evene nummers voor, de onevene 21, 23 enz. worden niet zoo nauwkeurig nagewogen, wijl het verschil in dikte bij zulke opeenvolgende nummers te weinig is. Ter bepaling van de fijnte van het garen bezigt men de zoogen. garensorteeringsbalans, die door een wijzer dadelijk het nommer van het opgelegde garen aangeeft. Goed katoenen garen moet, daargelaten de fijnte, stevig, glad, rond, overal even dik, zonder knoopen en dunne plaatsen en elastisch zijn. Overigens eischt men bij kettinggaren grootere stevigheid en dus sterkere draaiing dan bij inslaggaren, hetwelk voor veel artikelen zoo min mogelijk gedraaid moet zijn.

Behalve het ruwe garen komt nog voor gebleekt, voorts geverfd en getwijnd garen. Van de geverfde is het turkschrood geverfde bekend door schoonheid en duurzaamheid van kleur. Het getwijnde garen dient dikwijls als brei- en scheringgaren, en wordt op dezelfde wijze als bij de linnengarens door het ineendraaien van verscheidene draden vervaardigd en onderscheiden in tweedraads, driedraads, vijfdraads naar het aantal gebezigde draden. Engeland heeft de grootste en voortreffelijkste katoenspinnerijen (voor bijzonderheden zie GROOT-BRITANNIË). In Duitschland leveren het meeste garen Saksen (Chemnitz), de Pruisische Rijnprovincie (Elberfeld, Mühlheim a/d Ruhr) en Beieren. Groote katoenspinnerijen bevinden zich voorts nog in Oostenrijk, Frankrijk, Zwitserland, Nederland (Enschedé, zie ald.), enz.