Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-12-2018

Gaarden, geerden

betekenis & definitie

Gaarden, geerden - of geien zijn touwen aande nok van gaffels en laadboomen en op denkop van sloepdavits, ankerdavits, enz. Bij gaf-fels en laadboomen worden zij gaarden of geerdengenoemd, bij davits gewoonlijk geien. Zij dienenom de gaffels, laadboomen on davits er medete bewegen en bij het slingeren van het schipvast te zetten. Zij bestaan voor het boveneindgewoonlijk uit een eind staal- of ijzerdraadtouw,een zoogenaamde schinkel (geerdschinkel) envoor het ondereind uit een takel (geerdtalie).