Evenredig - Wanneer tusschen 4 grootheden a,A,b,B een evenredigheid bestaat a : A — b: B, dan heeten a en A evenredig met b en B. Soms worden de vergelijkingsgrootheden b en B verzwegen, wanneer daardoor geen misverstand kan ontstaan. Wanneer een grootheid a k maal zoo groot wordt zoodra ook een grootheid b k maal zoo groot wordt, dan heet a evenredig met b. Bijv. bij een cirkel is de omtrek evenredig met den straal, de oppervlakte evenredig met de tweede macht van den straal; men moet dan feitelijk zeggen: wanneer men in twee willekeurige cirkels de stralen a en A en de omtrekken b en B vergelijkt, vormen deze de evenredigheid a: A = b : B, terwijl voor de oppervlakten c en C geldt: c : C =a2 : A2.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk