Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Doornenkroon

betekenis & definitie

Doornenkroon - de kroon van doorntakken gevlochten, die de soldaten te Jeruzalem Jezus op het hoofd drukten om hem als spot-koning te smaden, Mark. 15 : 17, Matth. 27 : 29, Joh. 19 : 2. De smaad was pijnlijker dan de dorens. We spreken altijd van kroon, maar hetzelfde woord kan ook krans beteekenen. Men denke bijv. aan den lauwerkrans.

De dorens, waarvan de d. gevlochten werd, waren denkelijk van den Paliurus aculeatus, die bij Jeruzalem groeit. De Zisyphus Spina Christi hield men er vroeger voor, maar die groeit meer Zuidelijk een heel eind van Jeruzalem af. Vgl. S. Killermann, Die Blumen des heiligen Landes, 1915, I, 3 f.