Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Deli-maatschappij

betekenis & definitie

Deli-maatschappij, oudste der Indische kultuurmaatsehappijen, opgericht 1 Nov. 1869, op initiatief van den Heer P. W. Janssen, met krachtige hulp der Nederl. Handelmaatschappij, nadat een tabaksplanter op Java, de Hr J. Nienhuys, de eerste die zich in Deli op de tabakscultuur toelegde, aanvankelijk goede resultaten had verkregen. Het kapitaal, aanvankelijk op f 300.000 vastgesteld, werd telkens verhoogd en beliep in 1907 een bedrag van 9 millioen, met 4 millioen reserve. De D. heeft aan landbouwconcessies in Deli en Langkat een gezamenlijke oppervl. van ± 120.000 H. A., en exploiteert 21 ondernemingen, elk met 1 administrateur en 4 a 6 assistenten; een hoofdinspecteur, bijgestaan door 2 inspecteurs en 1 secretaris, is te Medan gevestigd.

Onder het Europ. personeel, 180 pers. sterk, zijn ook 4 doktoren; de vaste koelies der Mij., ± 20.000 in getal, zijn meest Chineezen en Javanen, terwijl Bataks en Maleiers meest voor tijdelijke diensten gebruikt worden. Uitsluitend de tabakscultuur heeft de D. tot zoo grooten bloei gebracht; sedert 1907 is zij ook met de aanplant van Hevea begonnen. Terwijl de oogst in 1870 (van 1 ondern.) bedroeg 1.315 pakken tabak, werden in 1914 (van 21 ondern.) verkregen 60.725 pakken; het uitgekeerde dividend was in 1870: 20%, in 1914: 36½%; in 1886 werd zelfs bijna 110% uitgekeerd, in 1911 en 1912 nog resp. bijna 81% en ruim 80%. Voor de ontwikkeling van de geheele cultuurstreek van Sumatra’s Oostkust heelt de D. ook groote verdiensten, in de eerste plaats door haar initiatief tot aanleg van de Deli-Spoorwegmaatschappij, en voorts doordat de Mij zich ook met den verkoop van het product van andere ondernemingen belast heeft.