Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Continentaal stelsel

betekenis & definitie

Continentaal stelsel - Aldus noemt men het totaal der maatregelen door Napoleon genomen om den handel van Engeland naar het Europeesche continent te vernietigen, en aldus den vijand van over-zee tot vrede te dwingen. Het systeem herinnert aan de strijdwijze van den mercantielen staat tegen zijne vijanden, b.v. van Philips II, van Lodewijk XIV tegen de Nederlanden. In 1803 verbood Napoleon den invoer van Engelsche producten en van Engelsche koloniale waren en sloot hij de Fransche havens voor schepen, die in Engeland waren uitgerust of die een Engelsche haven hadden aangedaan. Daar deze maatregelen leidden tot vervalsching van scheepspapieren op groote schaal en verder weinig effect sorteerden, begon Napoleon zware rechten te heffen van goederen, die vermoedelijk door den Engelschen handel geleverd waren, als koloniale producten en voortbrengselen der textielnijverheid (o. a. bij het decreet van 6 Febr. 1805).

Het continentaal systeem ging een nieuwe phase in, toen Engeland de geheele kust van Brest tot Hamburg in staat van blokkade verklaarde, en dus de neutrale scheepvaart in Kanaal en Noordzee aan visitatie onderwierp. Napoleon riposteerde met het befaamde decreet van Berlijn, 21 Nov. 1806, dat de blokkade van het geheele Britsche rijk afkondigde: alle handel en briefwisseling met de Britsche eilanden werd verboden; elk Britsch onderdaan, op Fransch grondgebied of dat der verbondenen aangetroffen, werd krijgsgevangen; het Britsche eigendom, benevens de voortbrengselen der Britsche eilanden en koloniën, werden voor goeden prijs verklaard. Nieuwe scherpe maatregelen volgden. Engeland verplichtte de schepen van niet-Engelsche natiën naar Londen, Malta, enz. op te varen, ten einde er hun lading te doen onderzoeken en zich tegen hoog tarief van een Engelschen vrijbrief ter voortzetting van de reis te voorzien. Frankrijk’s wederwoord was het decreet van Milaan, 15 Dec. 1807: elk schip, dat zich door Engeland zou hebben laten visiteeren, en de schatting voor den vrijbrief zou hebben betaald, werd voor goeden prijs verklaard. Strenge doorvoering dezer besluiten ging evenwel boven de macht, zoowel van Napoleon als van het kabinet van St. James. Engeland begon met den invoer van enkele artikelen (hout, hennep, graan) toe te laten; Napoleon verleende evenzoo consent voor eenige producten, waarvoor het vasteland geen equivalent bood, mits echter de schepen, die deze goederen aanbrachten, een zekere hoeveelheid van bepaalde Fransche waren uitvoerden.

Daar Engeland den invoer dezer koopwaren verbood, moest noodzakelijk de smokkelhandel het verschil vereffenen, door de verplichting tot uitvoer uit Frankrijk van wat aan de overzijde van het Kanaal niet ontscheept mocht worden, ontstaan. In 1810 keerde de keizer tot het reeds in 1805 beproefde middel van hooge invoerrechten op koloniale waren terug; het tarief van Trianon van 5 Aug. stelde vele dier invoerrechten vast. Daarnaast bleef echter de invoer van koloniale waren uit Engeland, althans in theorie, verboden; en werden de douane-beambten aangezet tot hooge activiteit, om verboden koopwaar op te sporen, tot zelfs buiten de grenzen van Frankrijk (Bern, Frankfort, München, Leipzig, Stettin, Danzig). Voor het vasteland van Europa werkt het Continentaal systeem zoowel ten goede als ten kwade. Stelsel van uiterst gestrenge protectie, deed het Frankrijks welvaart groeien, mede door economische onderwerping van het Europeesche continent. Aken, Crefeld, de Rijnprovincie, links van den hoofdstroom, zagen hun nijverheid ontluiken; de zijdeindustrie van Lyon bloeide op; evenzoo de wol- en linnennijverheid in het geheele rijk.

Tegenover dezen bloei van het binnenland stond het verval der landen aan de Noord- en Oostzee, die buiten de Fransche tolgrenzen lagen. In geheel West-Europa ontwikkelde zich de landbouw, onder meer door de teelt van nieuwe producten als de suikerbiet. In Engeland veroorzaakte de stagnatie in den continentalen handel stijging o.a. van de graanprijzen; de Engelsche industrie vond nieuwe afzetgebieden in Rusland, Noord-Afrika, Syrië en Spaansch-Amerika. Ten slotte leidde de strenge afsluiting der grenzen tot de inlijving van onderscheidene kuststaten. In den zomer van 1810 opende Holland de rij; nog in den winter van dat jaar volgde het Duitsche kustgebied tot Lübeck; weldra werd Spanje tot de Ebro geannexeerd.