Cabaret (Fr.) - kroeg, kleine herberg. In het letterkundig en artistiek leven van Parijs nemen de „Cabarets artistiques et littéraires” eene eigenaardige plaats in. Men vindt ze vooral op de „Butte Montmartre”. Oorspronkelijk waren het een soort van toevluchtsoorden, waar dichters en kunstenaars in besloten kring hun verzen en hun composities voordroegen.
Langzamerhand zijn het algemeen bekende, soms zeer winstgevende ondernemingen geworden, die het midden houden tusschen het „Café-concert” en den kleinen schouwburg en waar artisten optreden met zelfgemaakte voordrachten, liedjes, kleine tooneelstukken, schimmenspelen, snelteekeningen, enz. Het geheele programma wordt bijeengehouden door een „conférencier”, die de verschillende nummers op geestige wijze bij het publiek inleidt. De meest bezochte Parijsche C. zijn: Ie Chat Noir*, le Tréteau de Tabarin, les Quat’-z-arts, le Carillon, la Roulotte, le Grand Guignol, le Ciel, l’Enfer, la Lune rousse, la Pie qui chante.
