Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 09-11-2018

Broom

betekenis & definitie

Broom of bromium, chemisch element, symbool Br., is in 1826 ontdekt door Balard te Montpellier, in de moederloogen, welke na afscheiding van keukenzout uit zeewater waren achtergebleven. De door Balard oorspronkelijk gegeven naam „muride” werd met zijn goedvinden door de Parijsche Academie veranderd in broom, afgeleid van /Sp<3pog — stank. Komt in de natuur voor, in zouten gebonden, in opgelosten toestand in het water, vooral van de zee, maar ook van rivieren en zelfs in regenwater; het normale gehalte van zeewater is 0.65 gr. per liter. De verhouding van de hoeveelheden b. en chloor is als 34 : 10000.

Door verdamping en uitkristallisatie van de zouten, die in grooter hoeveelheid voorkomen, stijgt het b.-gehalte. In de Doode Zee heeft men op 300 M. diepte een gehalte van 0.71 % broom aangetroffen. Onbeteekenende hoeveelheden b. treft men aan in de bovenste gedeelten van enkele ertsgangen met name zilverertsgangen in den vorm o.a, van bromyriet*. De levende wezens nemen uit het water kleine hoeveelheden tot zich, in eenigszins grooter hoeveelheid o.a. sommige soorten van zeewier, uit welker asch de b.-zouten eertijds afgescheiden werden. Op deze wijze moet wellicht ook verklaard worden de aanwezigheid van b. in phosfaat*. De zouten van het b. worden tegenwoordig gewonnen uit de moederloog der kalizouten in Duitschland (300 t. per jaar) en uit het water van zoutmeren in Michigan, Ohio en West-Virginia (500 t. per jaar). De technische bereiding berust voor een deel nog op de reactie, waardoor het ontdekt werd, n.l. de inwerking van chloor op bromiden; een gedeelte wordt door oxydatie met zwavelzuur en bruinsteen, een deel door electrolyse gewonnen. Het zuivere broom is naast kwik het eenige, bij gewone temperatuur vloeibare element. Het is een donkere roodbruine vloeistof, die bij 58.7° kookt, doch bij gewone temperatuur reeds sterk verdampt.

Het specifiek gewicht bedraagt bij 0° 3,18 bij 15° 2,98. Het smeltpunt wordt tusschen 7,45° en 7,0° opgegeven. De fijne kristalnaalden hebben een donkerroodbruine kleur met een zeer flauwen, grauwblauwen metaalglans, die echter bij die van jodium verre achter staat. B. lost in water weinig op, bij 0° tot 4 %, welke waarde bij hoogere temperatuur langzaam afneemt. In een aantal organische oplosmiddelen als alkohol, zwavelkoolstof, ether, benzol, enz. is het zeer sterk oplosbaar. Alle oplossingen vertoonen, meer of minder intens afhankelijk, van de concentratie, de kleur van het vloeibare b. Men gebruikt deze eigenschap in de analyse, doordat men een zeer verdunde, nauwlijks geel gekleurde oplossing van b. in water met een kleine hoeveelheid van een organisch oplosmiddel, dat zich niet met water mengt, uitschudt. Het b. wordt hierin geconcentreerd en dus duidelijk zichtbaar, terwijl het zich tevens van jodium onderscheidt, dat in de meeste van deze oplosmiddelen met paarse kleur oplost. In chemisch opzicht behoort b. tot de halogenen* en wel staat het, zooals van het oogenblik van zijn ontdekking af duidelijk was, tusschen chloor en jood in met bijna al zijn eigenschappen.

Het atoomgewicht bedraagt, op zuurstof = 16 betrokken, 79,92. B. is een in ’t algemeen gemakkelijk reageerend element, hoewel het hierin bij chloor achterstaat. Toch kan het zich direct met waterstof en de meeste metalen reeds bij gewone temperatuur verbinden, evenals met zwavel en phosphor. De vorming van oxyden is, ook langs omwegen, nog niet gelukt. De van deze hypothetische oxyden afgeleide zuren en zouten, hypobromiet en bromaat, zijn echter wel bekend. Van de eigenschap, dat niet alleen vrije waterstof, maar ook gebonden waterstof met b. kan reageeren en er door kan worden vervangen, maakt men in de organische synthese gaarne gebruik, daar het aldus ingevoerde b. gemakkelijker dan chloor door andere groepen kan worden vervangen.

De verbinding van b. met waterstof, broomwaterstof*, heeft het karakter van een zuur; de verbindingen met de metalen, de bromiden,het karakter van zouten. De meeste bromiden zijn in water goed oplosbaar; slechts het zilver-, lood- en mercuro-bromide maken (evenals de analoge chloriden) een uitzondering. In water opgelost, levert de electrolytische dissociatie der bromiden het éénwaardige B.-ion, dat groote analogie met het chloorion vertoont en door het neerslag van broomzilver, dat het met zilver-ionen vormt, o.a. als reactie op bromiden dient. Behalve bij de organische synthese wordt b., vooral in water opgelost, in de analyse als oxydatiemiddel gebruikt. Van zijn verbindingen speelt het broomzilver een belangrijke rol in de photographie en als grondstoffen hiervoor verschillende oplosbare bromiden als cadmium- en kaliumbromide. Verder vinden kalium-, natrium- en ammoniumbromide in de medicijnen toepassing.